Je bent hier: Home 5 Ons werk 5 Terschelling: feesteiland voor ongewervelden
Terschelling: feesteiland voor ongewervelden

Ecologisch groenbeheer is overal belangrijk. Op een eiland als Terschelling, dat grotendeels uit natuur bestaat, is het al helemaal waardevol. Al eerder koos de gemeente voor beleid met een focus op biodiversiteit en duurzame inrichting van het groen. Samen met de gemeente Terschelling maakten we daarom een plan om dit beleid uit te werken en ecologisch beheer verder te integreren in het groenonderhoud. Een toekomstbestendige leefomgeving is het doel. Zorg voor natuur vormt de sleutel om dit doel te bereiken. Bij de presentatie van dit bijzondere project werd een van dé experts op vlak van ecologisch groenbeheer ingeschakeld. Peter Bulsing, die vorig jaar het boek ‘Openbaar Groen – verantwoord ecologisch beheer’ uitgaf, vertelde waarom het zo belangrijk is dat we goed zorgen voor onze omgeving.

Terschelling is om vele redenen een geliefd eiland. Zo kun je bijna nergens zo goed sterrenkijken als op de Boschplaat, kun je er heerlijk struinen over de uitgestrekte stranden en fietsen over de grijze schelpenpaden. Deze aantrekkingskracht komt grotendeels door de omvangrijke natuurgebieden op het eiland. Natuur vormt dan ook de basis voor het economische én sociale succes van Terschelling – en staat centraal in het nieuwe groenbeheerplan.

strandopgang op Terschelling met beginnende zonsondergang. Ecologisch groenbeheer is voor een plek als deze, waar natuur centraal staat, van extra waarde.

Natuur speelt een hoofdrol in het succes van Terschelling.

Van kaders naar plannen

Voor het eerst heeft de gemeente een integraal beheerplan opgesteld voor al het gemeentelijke groen. Het plan biedt niet alleen een heldere beheervisie per groentype, maar ook inzicht in de bijbehorende kosten. De ambitie is duidelijk: een toekomstbestendig Terschelling, waarbij ecologie leidend is. Het groenbeheerplan integreert bestaande beleidskaders, zoals het Groenbeleidsplan voor Terschelling uit 2015, de Toekomstvisie Terschelling, het Herstelprogramma Biodiversiteit Fryslân en de visie Fryslân Klimaatbestendig 2050+. Deze kaders onderstrepen het maatschappelijk en economisch belang van natuur en biodiversiteit. Het beheerplan vertaalt deze beleidsopgaven naar de specifieke situatie op Terschelling. 

De ongewerveldencrisis – een vergeten verhaal

Tijdens de presentatie van de plannen werd stilgestaan bij een urgent thema: de ongewerveldencrisis. Bulsing benadrukte het belang van deze vaak vergeten groep dieren. In beheer- en beleidsplannen is steeds meer aandacht voor insecten, zoals vlinders en bijen. Maar allerlei andere, ongeziene helden, die zorgen voor ecosysteemdiensten zoals de afbraak van organisch materiaal en het vruchtbaar maken van bodems, worden nog vaak over het hoofd gezien. Bulsing schrijft in zijn boek:

‘Er is sprake van een ongewerveldencrisis. Velen van hen breken aan het einde van alle voedselketens dood organisch materiaal af tot het verworden is tot de minerale stoffen die alle levende organismen nodig hebben voor hun ontwikkeling en voortbestaan. Dat belang wordt, met name op politiek en ambtelijk niveau, enorm onderschat. Zonder de ongewervelden storten alle voedselketens ineen. Al die kleine beestje vormen dus samen met de flora de basis voor het bestaan van alle hogere organismen, ook van ons. Die basis moet worden hersteld. Al is dat besef groeiende, de aanpak is veel te beperkt en vooral gericht op flora, terwijl die afhankelijk is van de ongewervelden en omgekeerd. Helaas is bij hen, die voor en in het groen werkzaam zijn, de kennis van de ongewervelden veel te beperkt om dat in te kunnen zien.’

Rups van de hermelijnvlinder die eet van de witte abeel. Dit is een soort die voorkomt op Terschelling die profiteert van ecologisch groenbeheer.

De spectaculaire rups van de hermelijnvlinder eet van het blad van de witte abeel. Ongewervelden die van planten eten vormen een onmisbare schakel in de voedselpiramide.


De boodschap wordt opgepikt

Anneke Blokker, adviseur Groen en Afvalsturing bij de gemeente Terschelling, en onze eigen projectleider Natuurontwikkeling, Sietske Kuperus, zagen na het verschijnen van Bulsings boek direct het belang. Mede dankzij hun inzet zijn maatregelen ter bevordering van biomassa en biodiversiteit stevig verankerd in het nieuwe beheerplan. Zoals Sietske het verwoordt:

‘Als we zorgen voor een stevige basis van het systeem, lift alles wat daarboven zit daarop mee. Daarom is de focus op biodiversiteit én biomassa ook zo belangrijk. Zorgen voor het kleine, is zorgen voor het grote.’

Alles ecologisch beheerd: van dorp tot duin

Het beheerplan voorziet in ecologisch beheer voor álle typen gemeentelijk groen: sloten, oevers, bermen, houtsingels, bos, bomen, duin en slik. Dat betekent dat je zo beheert dat dier- en plantensoorten zo min mogelijk schade ondervinden. Ook krijgen dieren en planten de tijd om te herstellen van beheermaatregelen en om volgende generaties voort te brengen. Het maaibeleid in de buitengebieden is gebaseerd op de visie van Bulsing: de helft van de vegetatie blijft een heel jaar staan. Dat verschilt van ander ecologisch maaibeheer waarbij vrijwel alle graslandvegetatie minstens eenmaal per jaar wordt gemaaid. Zelfs bij het keurmerk Kleurkeur wordt nog altijd 85% tot 70% van de vegetatie gemaaid. De gemeente gaat door de helft niet te maaien dus een stap verder om extra biomassa en veerkracht van ecosystemen te ondersteunen. Het leidende principe is: ‘Het juiste groen op de juiste plek- ecologisch waar mogelijk, functioneel waar nodig.’ Waar het niet anders kan, bijvoorbeeld bij sportvelden of uit veiligheidsoverwegingen, wijkt men hiervan af. Denk aan het maaien van wegkanten of het bestrijden van akkerdistel in de buurt van akkers en weilanden.

Ruige berm met brandnetel

Deze ruige berm met brandnetel is ondanks de afwezigheid van bloemen ecologisch waardevol. Bij ecologisch beheer is er veel focus op bloemenrijke bermen. Focus op biomassa is echter ook belangrijk. Veel groen betekent veel voedsel voor planteneters, bijvoorbeeld de rupsen van de dagpauwoog die graag brandnetel lusten. Veel voedsel voor planteneters betekent een stevigere basis van de voedselpiramide.

Methode Bulsing

Wat is er anders aan de werkwijze van Bulsing? Ook bij ecologisch beheer is het nog gangbaar om na de bloei van kruidenrijk grasland te maaien. Het zaad heeft af kunnen rijpen, dus de maaimachine kan eroverheen. Wanneer het kan wordt het maaisel niet direct opgezogen, maar mag het een paar dagen blijven liggen. zo kunnen zaad en beestjes eruit, volgens de theorie. Het gras wordt daarna opgeraapt. Het grasland wordt verschraald en het jaar erop verschijnen er weer bloemen en kruiden. Vanuit de levenscyclus van ongewervelden bezien, heb je dan alsnog veel schade aangericht. Deze dieren zijn voor hun voortbestaan geheel afhankelijk van het kleine stukje groen waarin ze wonen. Grashalmen waar eitjes in zijn gelegd, poppen die platgereden zijn, nimfen die zo klein zijn dat ze niet naar een nabijgelegen stukje kunnen trekken, allemaal sneuvelen ze door de maaimachine. Er voltrekt zich een ongeziene ecologische ramp. Het maaien moet dus anders en gemeente Terschelling gaat dat ook doen.

Inheems en gevarieerd

Een andere belangrijke doelstelling van de gemeente is de keuze voor inheems plantgoed. Minimaal 80% van al het gemeentegroen zal inheems zijn. Van bodembedekkers tot aan bomen, allemaal zijn de passend bij de dier- en plantensoorten op Terschelling. Dat is goed voor meer biodiversiteit. Fauna is heel afhankelijk van inheemse planten. Daar stemmen ze namelijk hun levenscyclus op af, voor voedsel of voor voortplanting.
Een ander voordeel van inheemse vegetatie is dat soorten aangepast zijn aan de specifieke omstandigheden op het eiland. Zo kunnen soorten als duindoorn en zwarte toorts goed overweg met de schrale zandgronden en de droogte. Dat scheelt flink in de watergift. Ook is er bij het opstellen van de plantenlijst rekening gehouden met variatie in hoogte en structuur van de planten. Door te werken met bodembedekkers, een kruidlaag, struiken en bomen ontstaat gelaagdheid in beplanting. Die gelaagdheid zorgt voor optimaal ruimtegebruik en helpt bij het vergroten van de biodiversiteit.

Verwilderd plantvak met weinig ecologisch waardevol plantgoed.

Bij het omvormen van de plantvakken slaat de gemeente twee vliegen in een klap: niet alleen wordt achterstallig onderhoud aangepakt, ook komt er direct inheems plantgoed te staan.

Focus op verbinding

Terschelling kent een grote diversiteit aan landschappen en ecosystemen, waaronder drie Natura200-gebieden en gebieden die vallen onder het Natuurnetwerk Nederland. Vergeleken daarmee beheert de gemeente een relatief klein deel van het eiland, zo’n tachtig hectare. Dit groen vormt echter een belangrijk netwerk over het hele eiland. Dieren verplaatsen zich liever niet door grote, lege vlaktes. Veel soorten kunnen het zelfs niet, zoals sommige vlinders of vleermuizen. Ze hebben beschutting en lijnvormige elementen nodig, voor de veiligheid of om zich te oriënteren. Zo kan een slootkant, een berm of een bomenrij een belangrijke functie in het landschap hebben. In het beheerplan is daarom aandacht voor het versterken van natuurlijke verbindingen tussen gebieden. Al lijken deze plekken onbeduidend, ze vormen een belangrijke dooradering van het landschap.

Het gemeentegroen dooradert heel het eiland. Met name de bermen in het buitengebied zijn belangrijke corridors. Dat hier nu volgens de adviezen van Bulsing gemaaid gaat worden, is een waardevolle stap richting meer biodiversiteit.

Groen in de kern

Versteende gebieden zijn gevoeliger voor weersextremen. Steen warmt snel op, koelt langzaam af en kan water moeilijk afvoeren of vasthouden. Groen werkt juist regulerend. Groen verkoelt, vangt water op en verbetert luchtkwaliteit. In de dorpskernen wordt daarom gewerkt aan meer groen. Een belangrijke doelstelling is dat 40% van de wegen en paden in de schaduw van bomen ligt. Dat sluit aan bij de cultuurhistorie van het eiland. Van oudsher komen namelijk bomen als de iep en de linde voor in het straatbeeld. Ook in de dorpskernen gaat gewerkt worden volgens ecologische principes. Denk aan meer variatie in beplanting en het omvormen van gazons naar bloemrijke graslanden.

De iep is karakteristiek voor het Terschellingse straatbeeld.

Ruimte voor mens en natuur

Bos en duin zijn onmisbaar voor natuur en recreatie. De gemeente behoudt bestaande gebieden en verhoogt waar mogelijk de toegankelijkheid. Op kwetsbare plekken blijft de rust behouden, bijvoorbeeld voor soorten als de argusvlinder. Daarnaast worden nieuwe initiatieven gestimuleerd, zoals voedselbosjes, natuurspeelplaatsen en moestuinen. De gemeente gaat hiervoor op zoek naar aantrekkelijke plekken, bijvoorbeeld langs bosranden die grenzen aan de dorpen. Omdat mensen makkelijk uit zichzelf bos en duin opzoeken, kunnen deze plekken een belangrijke rol spelen bij natuureducatie en het creëren van draagvlak.

Kruisbestuiving

Door in heel de gemeente ecologisch beheer centraal te stellen, versterken natuur en leefomgeving elkaar. Onze leefomgeving wordt gezonder wanneer natuur er deel vanuit mag maken. Groen zorgt voor ecosysteemdiensten als schaduw, schoon water en gezonde lucht. Maar al dat groen heeft ook effect op natuurgebieden. Want alle snippers groen kunnen door ecologisch beheer bijdragen aan natuur. Neem een wegberm die zo onderhouden wordt, dat bloemen en kruiden volop de kans krijgen. Dat zorgt niet alleen dat bijzondere soorten er kunnen nestelen of foerageren, zoals de tureluur. De berm an sich is ook waardevol. Hij biedt woonruimte, voedsel en een verbindingsroute voor allerlei kleine beestjes, gewerveld en ongewerveld, die er anders niet zouden zijn. Je zorgt dus voor de basis van het systeem. Daar wordt de natuur veerkrachtiger van en kan ze meer ecosysteemdiensten leveren.

Een ander straatbeeld

Door ecologisch beheer ziet de buitenruimte er anders uit dan we gewend zijn. Perken en bermen gaan van strak en kort naar weelderig en ja, misschien een tikje rommelig. Ons beeld van groen is jarenlang vormgegeven door de standaarden van CROW: gemaaid gras, geschoffelde boomspiegels, weggeblazen blad. Dat maakte onze dorpen en steden netjes, maar liet weinig ruimte over voor leven. De gemeente Terschelling kiest nu bewust voor een andere koers. Geen sturing meer op vaste beeldnormen, maar op de kwaliteit van leefomgeving en ecologie. Blad mag blijven liggen, begroeiing wordt minder strak beheerd, vegetatie mag groeien en gelaagd zijn. Zo ontstaat ruimte voor meer leven. Het blijft natuurlijk belangrijk dat de buitenruimte prettig is om te vertoeven. Daarom wordt aangehaakt op de werkwijze die de gemeente nu al heeft. In de zomermaanden wordt dagelijks een ronde gelopen om urgente situaties te verhelpen en de rest van het jaar worden groenvakken maandelijks gecontroleerd.

Ruige berm met bloeiende cichorei

Ecologisch beheer geeft een ander beeld dan we gewend zijn. De helderblauwe bloemen van de bloeiende cichorei maken veel goed.

 

Investeren in eigen mensen

Ecologisch beheer vraagt om een andere werkwijze. De gemeente investeert daarom in het uitbreiden van de groendienst en het vergroten van kennis. De taken zelf uitvoeren heeft meerdere voordelen. Beheerders bouwen zo meer specialistische kennis op. Ze ontwikkelen al doende oog voor plekken, plant- en diersoorten en natuurlijke processen. Ook zijn er minder externe aannemers nodig. Dit was tot voorheen een grote kostenpost. Voor al het werk dat de gemeente zelf niet uit kan voeren, moeten namelijk machines en personeel helemaal van het vasteland komen, wat de kosten flink opdrijft.

Eiland van de toekomst

Met dit beheerplan zet de gemeente Terschelling een stevige stap richting een toekomstbestendig eiland. Klimaatadaptatie, herstel van biodiversiteit en een gezonde leefomgeving komen samen in één integrale aanpak. De uitdagingen die voor ons liggen zijn gelaagd en complex – met zaken als weersextremen, ineenstortende voedselpiramides en druk op ecosysteemdiensten. Bij gelaagde vraagstukken is het de kunst om met oplossingen te komen die ook een meervoudige uitwerking hebben. Laat maar groen daar nu net een van de krachtigste voorbeelden van zijn. Zo wordt het toekomstbeeld van Anneke Blokker hopelijk snel realiteit:

‘Wat zou het mooi zijn al ons gemeentelijk groen er over een jaar of vijf nóg kleurrijker, geurrijker en biodiverser uitziet. En dat soorten die onder andere door te intensief maaibeheer zijn verdwenen of achteruitgaan, zoals de grote parelmoervlinder of de zilveren maan, hier weer zullen floreren.’

Nu, na de eerste zomer niet maaien in de polderbermen, ziet Anneke al verschil. Zoals zij het noemt: ‘Het is hier feest voor de ongewervelden.’

 

De eerste stappen naar een bloeiend eiland zijn gezet.

Gerelateerde projecten

Terschelling: feesteiland voor ongewervelden

Terschelling: feesteiland voor ongewervelden

Gemeente Terschelling zet grote stappen op vlak van ecologisch groenbeheer - om het tij te keren en de ongewerveldencrisis af te wenden. Dat betekent feest voor de natuur op het...

LEES MEER
Basiskwaliteit Natuur op maat

Basiskwaliteit Natuur op maat

Gemeente Hardenberg is druk bezig met biodiversiteit. Om in beeld te krijgen hoe het daarmee is gesteld, wordt de methodiek Basiskwaliteit Natuur (BKN) gebruikt. Hoe we daar samen vorm aan...

LEES MEER
Basiskwaliteit Groenbeheer op Schouwen-Duiveland

Basiskwaliteit Groenbeheer op Schouwen-Duiveland

Meer biodiversiteit in het gemeentelijk groen op haar eiland, dat is waar gemeente Schouwen-Duiveland voor wil gaan. Wij voerden een nulmeting op randvoorwaarden voor biodiversiteit uit en gaven de gemeente...

LEES MEER

Kennismaken?

Benieuwd hoe je duurzaam groen kunt ontwikkelen of hoe natuurontwikkeling er in de praktijk uitziet?
We denken graag mee, geven ecologisch advies en nemen (veel) werk uit handen.